Hennep als biobased en lokaal geteeld isolatiemateriaal: tijd is rijp, maar obstakels blijven
Regio West-Brabant (RWB) en partners stimuleren biobased bouwen in West-Brabant. Dit gebeurt door bewustwording, kennisdeling en het organiseren van ontmoetingen. Een belangrijke rol is weggelegd voor woningcorporaties, bouwbedrijven en agrariërs. We spreken met Frank Rombouts. Samen met zijn broer Martijn startte hij Van Land naar Pand. Dit bedrijf verbouwt nu al twee jaar hennep waar biobased isolatiemateriaal van gemaakt wordt. Hoe bevalt dit? En hoe ervaart hij de biobased keten?
De akkers aan de Noordhoeksestraat, in Rijsbergen in de gemeente Zundert, liggen er nog wat kaal bij. Maar als het weer verbetert en het minder regent, groeien er binnen aan paar maanden miljoenen hennepplanten. Van de hennepscheven, het houtachtige materiaal van deze hennepplanten, wordt het product CaNaDry (kalkhennep) gemaakt: een biobased, natuurlijk isolatiemateriaal met een aantal positieve eigenschappen heeft in vergelijking met chemisch geproduceerde materialen als steen- of glaswol, vertelt Frank Rombouts. De vezels van de hennepplanten gaan naar de textiel- en autoindustrie. Twee jaar geleden startte hij met zijn broer Martijn met het telen van vezelhennep. Vorig jaar leverde dat een succesvolle eerste oogst van zeventien hectare aan hennep op. Dit jaar is dat aantal ruim verdubbeld en is er meer dan 45 hectare hennep ingezaaid.
Biobased isoleren met hennep
"Het is een heel avontuur waarvan je niet weet hoe het loopt. Maar door onze sterke intrinsieke motivatie blijven we doorgaan. We geloven er sterk in dat dit product een verandering kan brengen. Door bij te dragen aan meer biobased gebouwde of geïsoleerde woningen en de gezondheid van mensen." Inmiddels zijn er in de regio verschillende gebouwen geïsoleerd met de kalkhennep. Dit isolatiemateriaal ziet eruit als een soort droge, fijngehakte strootjes en wordt gemaakt bij isolatiemateriaalproducent EXIE. De kalkhennep is zeer goed vochtregulerend en blijkt een goede warmteregelaar te zijn. Het houdt de warmte ook goed buiten. Daarnaast is het materiaal dampopen: dat betekent dat het een gebouw niet 'afsluit', maar dat het isolatiemateriaal kan ademen. Dit zorgt volgens Rombouts voor een veel gezonder binnenklimaat en kan men volstaan met minder installaties.
Voordelig samenspel
Dat de twee broers gestart zijn met het telen van hennep is op zich geen verrassing. Ze zagen dat de bouwsector steeds meer openstaat voor biobased alternatieven. De markt, waaronder bouwbedrijven en woningcorporaties, vragen er ook vaker om. "Wat ook helpt is dat Martijn een achtergrond in de bouwwereld heeft en ik in de agrarische wereld. We zijn bekend met het telen van allerlei gewassen. En we kennen de grond: we zijn hier zelfs opgegroeid", vertelt Rombouts. Het telen en de toepassing van hennep vergde wel wat onderzoek, aanpassingen in het machinepark en kennis opdoen van deze teelt, maar in principe konden de broers al vrij snel aan de slag.
Nog steeds zijn de bouwwereld en agrarische sector twee hele verschillende werelden. Door hun reguliere werk en achtergronden konden de broers deze werelden samenbrengen. Een pluspunt, volgens Rombouts. "Een boer is afhankelijk van het weer, de natuur en omgeving voor zijn productie. Hij of zij weet goed wat de grond kan opleveren en wat er geproduceerd kan worden. Bij de bouwsector zie je wat meer een afwachtende houding. Eerst zekerheid, doorberekenen dan pas inkopen."
In 2023 experimenteerden Frank en Martijn Rombouts met zeventien hectare hennepplanten. Dit jaar is dat aantal ruim verdubbeld: er is vijfenveertig hectare ingezaaid. Bron: Van Land naar Pand.
Van plant tot succes
Wat de ontwikkeling van biobased bouw- of isolatiemateriaal vertraagt is dan ook de wet- en regelgeving of certificering. "Het is prima dat je als ondernemer een risico neemt of je hoofd uitsteekt om een andere weg te bewandelen. Maar we lopen er tegenaan dat ons materiaal bijvoorbeeld nog niet altijd in bepaalde lijstjes of handleidingen voorkomt. Of een eerlijke vergelijking krijgt op alle eigenschappen met de traditionele isolatiematerialen, geput uit fossiele grondstoffen", vertelt Rombouts. "Terwijl we alle aspecten van het product getest hebben, bijvoorbeeld op brandveiligheid of duurzaamheid."
Het duurt volgens hem lang voordat zoiets goedgekeurd en gecertificeerd is, geeft hij aan. De lokale, provinciale of landelijke overheid die hier over beslist, zou volgens Rombouts best wat actiever mogen zijn in juiste regelgeving en garanties geven dat het biobased bouwen en verbouwen een succes wordt. Op dit moment is met name de overheid, als het aan hem ligt, een remmende factor in de keten.
Honderd hectare hennep voor honderd huizen
Ook de opschaling blijft een aandachtspunt, merkt hij op. De broers blijven realistisch: ze kunnen dit doen omdat de grond van hen is en omdat ze allebei over de kennis en middelen beschikken. "Om honderd huizen met het materiaal te isoleren, is er ruim honderd hectare aan geoogste hennepplanten nodig. Met de oppervlakte van onze grond kunnen we dat niet in één keer leveren." Rombouts geeft aan dat heldere afspraken en een stevige visie, de telers en producenten zekerheid geeft, voordat ze het isolatiemateriaal laten produceren. Op die manier kunnen telers ook voorraden aanleggen. Dit zou bijvoorbeeld in een coöperatieve vorm, met meer samenwerkende telers tegelijkertijd, een optie zijn. "Wil je écht opschalen met dit product, dan moeten dit soort hobbels nog wel genomen worden", aldus Rombouts.
Eeuwenoud materiaal
Als het aan hem ligt is de tijd rijp om met alternatieve, natuurlijke materialen aan de slag te gaan. Het is niet per se een nieuw product. “Enkele eeuwen geleden was hennep een veel geteelde plantensoort, die diende als grondstof voor touw- en zeilmakerijen en isolatie", legt Rombouts uit. "We grijpen terug op het verleden en het gebruik van natuurlijke producten. Dat verklaart in mijn ogen ook waarom gebouwen van honderden jaren oud nog altijd overeind staan. Die zijn gemaakt van natuurlijke en degelijke materialen."
Meer informatie
Biobased (ver)bouwen is onderdeel van een circulaire en plantbased economie in de regio. Het draagt bovendien bij aan de Co2-opslag en het beperken van de stikstofuitstoot. RWB werkt samen met partners uit het onderwijs, bedrijfsleven, gemeenten en de provincie Noord-Brabant in het stimuleren en faciliteren van biobased bouwen in West-Brabant.
Heb je interesse over dit onderwerp. Neem dan contact op met Transitiemaker Mark Kok (mark.kok@west-brabant.eu). Bekijk ook de website van Building Balance, de organisatie die namens Rijksoverheid en de provincie Noord-Brabant de overstap naar biobased bouwen aanjaagt. Building Balance ontvangt subsidie van de provincie Noord-Brabant.